Zo kun je bier het beste proeven
Alleen al in Nederland worden jaarlijks enkele duizenden bieren gebrouwen; wereldwijd zijn dat er honderdduizenden. Om die te verkennen, en alle verschillende kleuren, geuren en smaken te ontdekken, is er niets leukers dan een proeverij te organiseren. Dat kan je ‘op jezelf doen’ of – nog leuker! – in gezelschap. “Maar is dat niet vreselijk ingewikkeld, een proeverij organiseren?”, horen wij je zeggen. Welnee! Hoe iedereen in een handomdraai een spannende – en leuke! – ontdekkingsreis kan ondernemen in Bierland zetten wij graag voor je op een rij. Doen we er meteen wat tips bij!
De voorbereiding
De eerste vraag is: voor hoeveel personen is de proeverij? Ongeacht de hoeveelheid proefvrienden houd je rekening met de te proeven hoeveelheid – die moet niet te veel zijn! We raden je aan per persoon, per bier, maximaal 10 cl te nemen.
Verder zijn de mogelijkheden eindeloos! Je kunt bieren van hetzelfde type (pils, saison, tripel of bijvoorbeeld bockbier) met elkaar vergelijken, of het portfolio van een brouwerij naast elkaar zetten.
Kijk naar de tijd: je hebt een kwartier nodig om een bier volledig te doorgronden, notities te maken of met de proefvrienden te bespreken. Daarbij houd je rekening met het feit dat maximaal acht bier proeven een goed uitgangspunt is; daarna ligt ‘proefmoeheid’ op de loer. Het betekent meteen dat je voor een proeverij toch al gauw twee en een half uur moet rekenen. Een smakelijk en avondvullend programma dus!
Proeven doe je idealiter in speciale glazen. Klein maar fijn, met ruimte om de aroma’s te bewaren. Heb je die niet in huis, dan volstaan wijnglazen prima – zolang het glaswerk maar ‘bierschoon’ is. Wat we daarmee bedoelen, en hoe jij je glaswerk optimaal voorbereidt, lees je bij de tips voor bierglasverzorging.
Maak je planning van tevoren en proef van licht naar zwaar. Bouw op in intensiteit qua smaak en alcoholgehalte. Let op de hopbitterheid: na een hoprijk bier komen andere smaaknuances vaak in de knel. Handig: brouwers zetten steeds vaker informatie op het etiket zoals de EBU of IBU waarde: hoe hoger het getal, hoe bitterder het bier smaakt.
Alcohol heeft zelf geen smaak, maar werkt als versterker van andere smaken. Hoe meer alcohol een bier heeft, hoe ‘intenser’ smaken overkomen.
Haal je bier tijdig uit de koeling: hoe kouder iets is, hoe minder je ervan proeft. Zeker de aromatische smaakcomponenten komen vaak pas los als het bier iets warmer is. Op vrijwel elke fles staat de advies-schenktemperatuur, en als die niet wordt genoemd kijk je naar het alcoholpercentage. Serveer op zoveel graden Celsius als dat percentage, dan zit je altijd goed.
Hoe proef je het best?
Bier valt eigenlijk uiteen in slechts twee soorten: lekker en niet lekker. Wat lekker is, is voor iedereen anders omdat ieder een eigen smaakvoorkeur heeft. Weetje: proeven doe je maar beperkt met je mond, je ogen en neus zijn net zo belangrijk!
Proeven begint met kijken: ziet het bier er onverwacht troebel, vlokkerig of doodgeslagen uit dan nodigt dat niet uit tot een slok. Is dat niet het geval, dan zegt de kleur al veel over de smaak die je wel of niet mag verwachten. De kleur van het bier komt vooral van de gebruikte mout. Lichtgekleurd bier (melkwit tot koper) is gemaakt met mout die op relatief lage temperatuur is gedroogd. Het resultaat is bier dat overwegend broodachtig zal geuren en smaken.
Roodkleurig bier duidt op rood fruit – dit kan dus naar fruit smaken, of wijnachtig als het van spontane gisting is. En donker bier, van amber tot diep donkerbruin, is van donkerder mout gemaakt die op steeds hogere temperatuur is gedroogd. Daarbij ontstaan smaken en geuren die ‘passen’ bij de kleur. Karamel kleurig bier zal ook karamelsmaak bevatten, bier met een lichte chocolade kleur zal naar chocolade smaken en diep donker bier, gemaakt met gebrande of geroosterde mout, zal naar koffie en donkere chocolade geuren en smaken.
Bijna 70% van wat je proeft doe je helemaal niet met de tong, maar wordt via de neusholte waargenomen. Ruiken is meer proeven dan je denkt! Al die aroma’s, die vluchtige geurstoffen, het zijn de bouwstenen van je bier, en je kunt ze niet proeven – je ruikt ze.
Tijd voor de proef op de som: de eerste slok, niet teveel tegelijkertijd, en geef die slok de tijd je hele mond te bestrijken. Wals die slok van voor naar achter en weer terug. Op je tong proef je de basissmaken zoet, zout, zuur, bitter en hartig (umami). Alles daar tussenin, plus alle nuances, ruik je – ook nu, want je mond is direct met de neusholte verbonden.
De kennismaking is bijna compleet: neem een tweede slok en adem daarna uit door je neus. Nu heb je ook de aroma’s te pakken die vanuit je mond opstijgen!
Nu hoef je nog maar een ding te doen: de vraag te beantwoorden of je smaakverwachting overeenkwam met wat je proefde – en of dat ‘lekker’ of ‘niet lekker’ is.
Glasverzorging
Bierschoon wil zeggen dat je glas vet- en stofvrij is. Hoe bereik en behoud je dat?
- Ziet je glas er vettig uit? Stort de schuimkraag met donderend geraas in elkaar? Je glas is niet bierschoon, maar komt weer in topconditie als je deze stappen volgt.
- maak een sodabadje met lauwwarm water
- dompel je glazen goed onder
- was de glazen kort met je handen
- was je handen onder koud stromend water sodavrij, en doe dan hetzelfde met de glazen – zet deze ondersteboven te drogen op een theedoek
- zet de glazen rechtop en vul ze met heet water; het water mag over de rand stromen
- giet de glazen leeg en wrijf ze met een niet-pluizende doek droog, zonder met de handen het glas te raken: je poleert je glaswerk
- berg de glazen rechtopstaand op
- was bierglazen nooit in de vaatwasser of met afwasmiddel. Zeep is funest voor schuim en smaak
- spoel bierglazen na gebruik met koud water en droog met een niet-pluizende theedoek
- bewaar bierglazen rechtopstaand en nooit op de kop. Op-de-kop kan de lucht in het glas bederven, en dat proef je
Onze Bierambassadeur Rick Kempen legt uit met welke simpele stappen jij jouw bierglas in tiptop conditie brengt.